Geschiedenis

Uit het grijs van de voorgeschiedenis doemt in Centraal-Azie een paardenras op dat zich vererfd heeft tot de huidige dag. Het is een duidelijk herkenbaar beeld van een sierlijk, langgelijnd paard, genoegzaam en met een groot uithoudingsvermogen, moedig en van een eenkennig, mensgericht karakter: ‘hemelse paarden’ schreven de Chinezen reeds voor onze jaartelling, strijdvaardig volgens oud-griekse geschiedschrijvers – Bucephalos, het befaamde ros van Alexander de Grote was stellig een van hen. 

Zij werden in de loop van de geschiedenis met de namen van hun opeenvolgende eigenaren aangeduid, maar staan sinds de 19-e eeuw bekend als ‘Akhal Teke’, vernoemd naar de oase ‘Akhal’ in het Kopet Dag gebergte en naar de Turkmeense nomadenstam ‘Teke’. Hun land van oorsprong lag, lang voordat op de kaart nationale grenzen werden getrokken, in een schraal gebied van steppen en woestijnen, ongeveer in het huidige centraal-aziatische Turkmenistan en noordelijk Iran. Het isolement van deze streken verzekerde de beslotenheid van een fokkerij die de eeuwen nagenoeg ongeschonden heeft doorstaan. Het is nog steeds hier dat het grootste bestand te vinden is van genetisch zuivere Akhal Teke’s, waarvan wereldwijd er slechts een paar duizend bestaan.

De reputatie van dit paard dat bovenal om zijn kwaliteiten als een snel en hard cavaleriepaard werd gefokt, en het feit dat de Turkmeense stammen wanneer ze niet op rooftocht waren, graag als huurlingen in dienst traden van vreemde heersers, zorgde er evenwel voor dat merries en vooral fokhengsten hun weg naar verre streken vonden: naar het Midden-Oosten, naar Turkije, en vanafde 18-e eeuw naar Europa. Akhal Teke bloed heeft bijgedragen tot het ontstaan van het Arabisch Volboed; een van de drie voorvaders van het Engels Volbloed,Beyerly Turk, was een Akhal Teke uit Turkije geimporteerd; en ook de hengst Turcmainatty heeft indertijd bijgedragen tot de grondvesten van de Trakehnerstoeterijen.

De onderwerping van de zelfstandige Turkmeense prinselijkheden door het Russische keizerrijk in de jaren 1880, en een halve eeuw later, de vestiging van het Sovjet-Russische gezag, hebben – na een kortstondig en mislukt experiment met de inkruising van Engels Volbloed – de discipline geïntroduceerd, de boekhouding en wetenschap, die de kenmerken zijn van de hedendaagse fokkerij van sportpaarden. Niet meer de mondelinge overlevering van vader op zoon, van generatie op generatie, maar sinds 1912 een goed gedocumenteerd stamboek en wetenschappelijk onderzoek geven inzicht in de huidige stand van zaken, in de bloedlijnen van de Akhal Teke stamvaders en hun nakomelingen, geven uitsluitsel over de eisen aan exterieur en prestatie.

De Akhal Teke wordt gefokt uit een schema van vader-lijnen, waarvan 12 staan bekend als sterke lijnen. Het doel is om paarden te fokken die de eigenschappen verankeren van de grondleggers van die lijnen en van drie hoofdtypes:

1* Gelishikli, Kaplan, Posman en Peren, bekend als grootgelijnde sportpaarden.

2* Karlavach, Fakir-Pelvan en El, iets kleiner maar bekend om hun snelheid en springvermogen.

3* Arab, Dor-Bairam en Toporbai, een wat zwaarder type gewaardeerd voor zijn uithoudingsvermogen.

Door het handhaven van deze lijnen wordt vermeden dat er, gelet op de betrekkelijk kleine merriepopulatie, op een te smalle basis wordt gefokt.

Ondanks enige varieteit binnen de verschillende lijnen, is de Akhal Teke duidelijk herkenbaar: het is een hoogbenig, langgelijnd paard tussen de 1.54 en 1.64 m.,zijn hoofd is fijn gesneden met wakkere, amandelvormige ogen, op een lange, hooggedragen hals. Zijn gangen vallen op door hun lichtvoetigheid en gedragen achterhand, waardoor het paard bijzonder geschikt is voor de sport: endurance, eventing, dressuur, maar ook springen. In 1960 won de Akhal Teke hengst Absent de gouden medaille voor dressuur op de Olympische Spelen in Rome. De Akhal Tekes zijn hard en droog van beenwerken staan bekend om hun uithoudingsvermogen en snel herstel na zwaar werk. Bijzonder is de gouden glans op hun vacht –ongeacht de basiskleur – veroorzaakt door crystalvorming in de haarmantel. 

Het karakter van de Akhal Teke is uitgesproken mensvriendelijk en dit paard beschikt over een hoge mate van intelligentie. Hierdoor is het makkelijk te trainen en kan er een bijzondere band ontstaan tussen paard en ruiter/verzorger. 

Het hoofdstamboek van het Akhal Teke ras is, na de onafhankelijkheid van Turkmenistan, een Russisch-Turkmeense vorm van samenwerking geworden en zetelt in Ryazan, Rusland. Deze ‘Association of Akhal-Teke Breeding’ houdt alle foklijnen bij, waakt over de zuiverheid van het ras en verricht nog steeds historisch onderzoek. Haar internationale afdeling (MAAK) verzorgt de papieren wereldwijd van in het buitenland geboren veulens en regelmatig reizen afgevaardigden van MAAK naar buitenlandse stoeterijen en eigenaren om het bestand op te nemen en te beoordelen.

History

Out of the mists of prehistoric times, a breed of horses appeared in Central Asia that has maintained its conformation and purity up to the present day. It is an easily recognizable type, that of an elegant, long-lined horse, sober and courageous, endowed with great intelligence and stamina, and a loyal, man-oriented character. The ancient Chinese described them as Heavenly Horses long before the rise of Western civilization; the Greek historians knew them to be unwavering in battle and attributed the ancestry of Bucephalos – Alexander the Great’s favourite horse – to be, at least in part, from the steppes of Central Asia.

Throughout history these horses have been named after diverse peoples who bred them but since the 19th century they have been known as Akhal-Teke, Teke being the principle tribe that bred them and Akhal the oasis in the Kopet-Dag mountains of Turkmenistan, where they were based. The Akhal-Teke’s original homeland lay – long before maps delineated national borders – in the barren area of steppes and desert, more or less in what is today Turkmenistan and northern Iran. The isolation of these lands from the outside world guaranteed the purity of a breed that weathered the centuries with little or no immixture of other breeds. It is in this area that the largest number of genetically pure Akhal-Tekes are to be found, out of a world population of 3 to 4.000.

The reputation of this horse that above all was bred for its qualities as a fast, hardened cavalry horse, and the fact that the Turkmen nomads – when not engaged in raids and tribal wars – hired themselves as mercenaries to foreign potentates, caused mares and in particular breeding stallions to find their way to foreign lands: to the Middle East, Turkey, and from the 17th century on, to Europe. Of the three founding stallions of the English Thoroughbred, the Byerly Turk and possibly also the Godolphin Barb, were Akhal Tekes. Turkmainatty was an Akhal Teke imported to improve the Trakhener horse in Germany. As for the Arab, both breeds come from the same gene pool, the Arab having wandered from Central Asia south into Arabia some 3 to 5000 years ago. Through battle, raids and gifts, both breeds have had some later influence on each other.

The subjugation of the independent Turkmen princedoms by the Russian Empire in the 1880’s and, half a century later by the establishment of the Soviet authority, gravely threatened the existence of the Akhal-Teke. Tzarist Russia forbade raids and tribal wars, robbing the horse of its main raison d’etre ; the Soviets forbade private ownership even of horses, herded the nomads into apartment buildings and designated cooperatives and State farms as Horse Meat Production Units. On the other hand, individual horse lovers during both regimes introduced the discipline, administration and science needed to establish a creditable and reliable studbook along modern lines. No more word-of-mouth from father to son, from generation to generation, but since 1912 a well-documented studbook bolstered by scientific research, that gives insight into the bloodlines of the Akhal Teke founding sires and their progeny, and lays down the standards for conformation and performance.

The Akhal-Teke is bred from a system of about 18 sire lines, a few of which are rare and little known. The object is to breed horses that strengthen the characteristics of the foundation sires and basically fall into three categories of conformation and type:

1* Gelishikly, Kaplan, Posman, Peren: known as long-lined, tall sporthorses.

2* El, Fakir Pelvan, Kalrlavach, Skak, Ak Sakal: a bit smaller but known for speed and ability as jumpers.

3* Arab, Dor Bairam, Toporbai: of a slightly heavier conformation, valued for their stamina over long distances.

By maintaining awareness of these separate lines, and in view of the relatively small population of broodmares, unavoidable inbreeding is kept to a minimum.

In spite of variations between the sire lines, the Akhal-Teke has a distinct conformation that puts it apart from other breeds. It is a long-legged, long-backed horse between 1.54m and 1.64m in height; its head is finely molded with intelligent almond-shaped eyes, set on a neck that is long and carried high. Their gaits are light-footed and flat, carried forward by strong hindquarters, which makes them not only comfortable to ride but eminently suited for a variety of sports: endurance and eventing in particular but also for dressage and jumping. In 1960 the Akhal-Teke stallion Absent won the Gold Medal for dressage at the Olympic Games in Rome. He went on to win the silver and bronze medals at subsequent Games, which no other horse has ever done. The Akhal-Teke have dry legs and hard hooves, exceptional stamina and quick recovery after heavy workouts. A special feature is the golden, metallic sheen to their coat, no matter what the basic colour. This is caused by the unsually small nucleus of the hair, leaving more space for the medulla, the glassy material that covers the nucleus, thereby reflecting more light from its crystals. The breed allows for a wide palette of (solid) colours and has a widespread occurrence of the light factor, giving buckskin, palomino, cremello and perlino as well as the basic black, bay and chestnut in all its varieties.

The character of the Akhal-Teke is strongly oriented towards humans and its pronounced intelligence makes for easy training and handling. However, these horses tend to be one-man-horses and will not quickly forget or forgive rough and unfair treatment. They will form a very strong bond with their rider/handler and become a loyal friend for life. In times of warfare, if a horse returned to camp without its rider the tribe knew the man to be dead because the Akhal-Teke would never leave his wounded master in the field.

After the breakup of the Soviet Union, Turkmenistan claimed sole authority over the Akhal-Teke Studbook but then soon gave the administration back into Russian hands. MAAK was founded, the international arm of the VNIIK which is the Russian Association of Akhal-Teke Breeding and Research. MAAK issues international papers for horses exported or born abroad, based on bloodtyping, and is slowly making the transition to DNA typing. Representatives of MAAK – usually the Director Mrs. Tatiana Nikolaevna Ryabova – regularly travel to foreign breeders in order to grade their horses according to MAAK standards.

ADRESGEGEVENS
Stoeterij Argamak
Dorpsstraat 4
7957AV  De Wijk
0522-441263
akhalteke.argamak@gmail.com